Ik betrap me er steeds vaker op de laatste tijd: ik voel me gelukkig. Niks bijzonders misschien, maar ik moet jullie iets opbiechten.
Twee keer was ik overspannen in mijn leven. Complete kortsluiting in mijn hoofd. Geen grote lijnen meer, alleen maar een overdosis aan verwarrende details die allemaal mijn volledige aandacht wilden hebben.
Lichamelijke sensaties, een piepje van de vaatwasser, gedachten over het leven en de onvermijdelijke dood, het programma van de dag of alleen maar het zien van mijn kinderen; alles veroorzaakte een enorme adrenalinestoot die me platlegde en pure doodsangst veroorzaakte.
De eerste keer vond ik wel logisch. Mijn moeder was een jaar daarvoor overleden na een slopende ziekte en de man van mijn collega pleegde kort daarna zelfmoord. Wij vonden hem samen in hun huis. Ik nam geen tijd, ik walste over mezelf heen. Want ik had geen idee hoe ik met zoveel donkerte om moest gaan.
Niet zo gek dat ik korte tijd later opeens met hartkloppingen en badend in het zweet de nachten doorhaalde zonder slaap. Om vervolgens volledig thuis te komen zitten, alleen nog maar huilend op de bank met de ene paniekaanval na de andere.
De tweede keer verraste me. Onaangenaam uiteraard. Ik had net een heel gelukkige tijd achter de rug met de geboorte van onze Ella (nummer 3) en plots was het daar weer. Misschien door het afbouwen van de borstvoeding, misschien omdat het gewoon tijd was om weer wat rommel op te ruimen. Geen idee, maar ik kreeg weer paniekaanvallen.
Het bouwde zich op, ik deed weer wat ik de vorige keer ook deed: wegdrukken, doordenderen, vooral geen ruimte aan geven. Een paar maanden later ging het licht opnieuw uit. Paniek, angst, paniek, angst, die verwarrende stroom aan onnodige details die allemaal binnenkwamen alsof ze van levensbelang waren en mijn onmiddellijke aandacht nodig hadden.
Vooral ’s nachts, als alles stil en donker was en ik niet meer kon vluchten voor mijn overspannen rampgedachten en mijn lijf dat zo overstuur was dat het constant signalen van levensgevaar gaf. Ik was bang om dood te gaan, ik was bang om gek te worden. Ik was bang om afschuwelijke dingen te doen. Ik was bang om alles te verliezen wat me lief was. CONSTANT. LEVENSECHT.
Ik werd met grove geweld tot stilstand gebracht door het leven, de kosmos of weet ik veel wat. En ik moest aan de gang met oude pijn die ik liever niet onder ogen kwam. Therapie, traumatherapie, rust, huilen, praten, ruimte geven, veel ruimte geven. Ik dacht soms dat het nooit meer goed zou komen. En eerlijk is eerlijk, the road was long, ik ben inmiddels zo’n 2,5 jaar onderweg.
Maar de laatste tijd, tjonge. Ik loop zomaar weer winkels binnen zonder erbij na te denken. Ik zoek soms weer drukte op. Ik heb energie om goed te zijn voor mezelf. Ik voel me gewoon weer gelukkig. Of nou ja, gewóón. Geluk is voor mij niet gewoon. Misschien maakt dat het wel nóg gelukkiger.
Debora Boomsma
Heel veel lieve mensen (you know who you are, ik hou van jullie!) waren mij in deze gitzwarte dagen enorm tot steun. Zoek hulp als je psychische problemen hebt. Echt, er zijn mensen die je oprapen en willen dragen. Hoe zwaar je ook bent.